Toepassing rekenmethoden
De beoordeling verandert voortdurend door de toepassing van nieuwe technieken en rekenmethoden. Van deze methoden zijn er een aantal toegepast om de beoordeling betrouwbaarder te maken. Op deze pagina lichten we voor de vakdeskundige onder ons enkele van deze toegepaste methoden toe.
Screenen langsconstructies
In Limburg zijn op veel plekken langsconstructies toegepast als waterkering. Voorbeelden van trajecten met veel langsconstructies zijn Venlo, Blerick en Roermond. In Venlo en Blerick bestaat meer dan de helft van de trajectlengte uit langsconstructies. Concreet betekent dit dat er alleen in Venlo en Blerick al ruim 7 km aan langsconstructies aanwezig zijn. De verscheidenheid aan langsconstructies is hierbij enorm. De kering bestaat uit historische kademuren, damwanden, keermuren en in verschillende gevallen is de kering onderdeel van gebouwen (Maasveld en de Maasboulevard bij Venlo).
Aanscherpen faalkansen met fragility curves
Voor de beoordelingsronde in Limburg hebben we veelvuldig gebruik gemaakt van fragility curves voor de beoordeling van diverse trajecten. Een fragility curve geeft het verloop van de faalkans als functie van een belastingparameter, zoals de waterstand. Fragility curves maken onderdeel uit van een probabilistische aanpak waarmee de faalkans bepaald kan worden door gebruik te maken van belastingstatistiek. Fragility curves geven de mogelijkheid om de faalkans aan te scherpen door bijvoorbeeld de informatie van overleefde waterstanden te gebruiken. Daarnaast geven ze extra inzicht in het gedrag van de kering bij verschillende waterstanden. Deze kan dan vergeleken worden met de praktijkervaring van de beheerder.
Onderzoeken erosie van voorlanden
In mei 2021 hebben we tijdens het veldbezoek van dijktraject 69-1 Blerick lokaal een ernstige erosie bij het voorland waargenomen. Om een goed beeld van de schade te krijgen is de actuele situatie opgemeten en is de hoeveelheid erosie in kaart gebracht. Dit onderstreept dat veldbezoeken waardevol zijn voor de beoordeling en het bepalen van het (actuele) veiligheidsbeeld. Het is ook input voor het maken van afspraken tussen beheerders over het onderhouden van de voorlanden bij waterkeringen.
Onderzoeken piping in grindondergrond
In Limburg en met name in het zuiden van Limburg is veel grind aanwezig in de ondergrond. Grind is erg doorlatend, maar lijkt in eerste instantie weinig pipinggevoelig. Hoe de ondergrond zich gedraagt in combinatie met fijnere dekzanden, lemige deklagen of kleiige deklagen is lastig te bepalen. Voor de beoordeling van de Limburgse dijken hebben we daarvoor een pragmatische aanpak ontwikkeld in nauwe samenwerking met het waterschap en kennisinstituten.
Doorlatendheid van mijnsteen
Uniek voor Limburg is de aanwezigheid van mijnsteen. In het gebied rond Ohé en Laak en Stevensweert heeft in het verleden veel delfstoffenwinning van zand en grind plaats gevonden. Een deel van de toen ontstane grindgaten is bij de afwerking van het gebied opgevuld met mijnsteen. Bij het dijktraject 81-1 Ohé en Laak – Stevensweert wordt de grondopbouw hierdoor bij een aantal dijkvakken onder of direct naast de waterkering, niet gevormd wordt door natuurlijke afzettingen, maar bestaat uit een (dikke) mijnsteenlaag met een laag afdekkende grond.
